donderdag 15 december 2016

Blognoot 2: Doubleren

De uiterste datum voor bevordering moet met ingang van komend schooljaar met twee maanden vervroegd worden. Met andere woorden; in de laatste twee maanden van dat schooljaar weet een leerling of hij ‘over’ is. Het is een oud probleem, scholen kunnen niet tijdig anticiperen op het nieuwe schooljaar en dat kost geld. De oplossing die op mijn school en andere scholen voorligt, is een kostenbesparende maatregel. In de laatste twee maanden van het jaar zit er in iedere klas een aantal leerlingen dat weet dat ze het jaar moeten overdoen en voor wie geen concreet en begeleid programma is. Het geld dat de financiële afdeling bespaart, wordt met extra, onbezoldigde inspanning betaald door docenten en door leerlingen die zich doelloos naar school moeten slepen. Het probleem verdwijnt niet, het verandert van gedaante, plaats en tijd.


Als de opstellers van het plan zich hiervan niet bewust zijn, herkent men de reikwijdte van de relativiteitstheorie niet. Als men zich er wel van bewust is, maar kostenbesparing laat prevaleren, kiest men ervoor feiten en gezond verstand te negeren. Hoe dan ook onttrekken scholen zich blijkbaar niet aan de tijdsgeest.

woensdag 14 december 2016

Blognoot 1: Profielwerkstuk

Terwijl ik luisterde naar een presentatie over de mechanismes die leidden tot de holocaust, twijfelde ik of ik na afloop iets moest zeggen over de actualiteit. In de zaal (klaslokaal) zaten ouders en leerlingen die zenuwachtig waren omdat ze nog moesten presenteren en opgeluchte leerlingen omdat ze al geweest waren.

Moest ik dit laten gaan en de geschiedenis de geschiedenis laten? Of moest ik, enigszins gewaagd, want politiek geladen, opmerken dat nu, hoewel er in West-Europa geen oorlog woedt, dezelfde mechanismes aan het werk zijn?

Het werd het laatste. Om een eventuele discussie bij voorbaat te temperen verschool ik me achter Arnon Grunberg en stelde dat de reactie op Geert Wilders’ uitspraak anders zou zijn als hij geen ‘Marokkanen’ maar ‘Joden’ had gezegd. Ik vertelde niet, uit zelfbescherming, dat ik denk dat de lessen van toen uitgewerkt zijn en dat de jaren-30-Duitsers nu in de hele Westerse wereld wonen.

Eén ouder knikte bescheiden, één collega ook. Verder bleef het stil; mijn collega kondigde de volgende presentatie aan.