vrijdag 25 maart 2016

We hebben Elvis overleefd

Kort geleden was ik exact even oud als Elvis was op zijn sterfdag. Ik rekende dat uit op precies die dag. Te toevallig om te verzinnen, hetgeen bewijst dat het echt zo is. Het was bijna carnaval, en ik kon mijn Elvispak (de Black Pyramid jumpsuit, ze hebben namen en er zijn sites van), schitterend gemaakt door mijn vrouw, weer uit de kast trekken. Elvis loopt als een rode draad door mijn leven. Als jonge tiener was ik al fan. En ook toen ik me door de puberteit worstelde was hij er altijd, als vanzelfsprekend. De rode draad is al een tijdje onaangeroerd. De laatste keer dat ik een concert keek of een plaat opzette, is alweer even geleden. En nu ik ouder ben dan Elvis ooit was, is het de vraag of ik de draad ooit nog weer oppak. Vaak vroeg ik me af wat Elvis deed, toen hij zo oud was als ik. Vanaf nu is het antwoord altijd ‘dood zijn’.

Hoewel ik er me niet voor schaamde, liep ik op de middelbare school niet te koop met Elvis. Langzamerhand merkte ik dat Elvisfan zijn in je voordeel werkt als je het bijna onbenoemd laat. Of nog beter, als alleen anderen het benoemen. Het gaf me, in tijden van Metallica en Madonna, iets mysterieus. Dat het meest autonome en kunstzinnige meisje van de klas mijn liefde deelde, werkte behoorlijk in mijn voordeel. Ik was meer van de vette en zij meer van de fitte Elvis. Zij was onaantastbaar, ik dus ook. We werden vrienden en zijn het altijd gebleven.

Ze stuurde met de uitnodiging voor haar verjaardag een gifje van een knipogende Elvis mee. Het was de fitte Elvis. Daardoor was het alsof ze me zelf aankeek. Het was haar ultieme poging mij naar Amsterdam te lokken omdat zij vermoedde dat het mij in de twee dagen die mij na de uitnodiging restte, waarschijnlijk niet zou lukken mijn weekend zo in te richten dat het tripje erin zou passen. Daar had ze gelijk in. Werkende vrouw, geen oppas, bovendien was ik druk. Helaas. Ik moest het feest aan me voorbij laten gaan. Daar kon geen knipogende Elvis iets aan doen.

Ik ben geen goede vriend. Beter gezegd, ik ben slecht in vriendschappen. Ik bel nooit, app slechts terug en zeg regelmatig afspraken af. Daar heb ik vaak een goede reden voor en soms een smoesje. Ik ben laks en neem dingen voor vanzelfsprekend. Veel van mijn vrienden stammen uit de middelbareschooltijd. Dat mijn vriendschappen al bijna 30 jaar de tand des tijds doorstaan, is niet aan mij te danken. Toch, als we elkaar zien, is het altijd goed en lijkt het alsof we elkaar gisteren nog spraken.

Ik merk echter dat ook anderen meer moeite krijgen vriendschappen te onderhouden. We hebben de leeftijd van druk, druk, druk. Terwijl de carrière nu gemaakt moet worden, laven verplichtingen en kinderen zich gulzig aan je tijd. Over een paar maanden zie ik mijn schoolvriendengroep weer voor het eerst in een jaar of twee en zelfs mijn Elvisvriendin heeft mijn dochter nog nooit gezien. Dat is niet goed. Ik ga een plaat opzetten, Elvis natuurlijk, en daarna app ik haar. We hebben Elvis overleefd. Niets is nog vanzelfsprekend.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten