dinsdag 14 oktober 2025

Kaartje

Toen ik jong was stuurde ik nooit kaartjes vanaf een vakantieadres. Ik was weg en had weinig trek bezig te zijn met de achterblijvers. Ik maakte één uitzondering. Ieder jaar ging er een kaartje naar Nieuwstad 7. Dat adres kende ik overigens niet uit m'n hoofd maar dat was ook niet nodig. Café Kras, Groenlo, The Netherlands. Dat was genoeg.

Ik was niet de enige. Als de zomervakantie op z’n einde liep en we ons langzamerhand weer verzamelden op de plek die ons lief was, hadden Mary en Andries de tientallen ansichtkaartjes boven de bar gehangen. En terwijl Mary de bakjes chips, worstjes, kaasjes en nootjes ronddeelde, en wij onze cassettebandjes overhandigden zodat onze eigen muziek door het café kon schallen, bedankte ze ons voor de ansicht en vroeg ze hoe de vakantie geweest was. (Natuurlijk geweldig. Maar wat hadden we Kras gemist.)

Het gebouw is er sinds afgelopen week niet meer. Er rest nog slechts een bouwput. De laatste jaren was het al niet meer dan een façade; een plek waar, als ik door m’n oogharen de lege ruimte in keek, echte herinneringen zich vermengden met de geïdealiseerde geuren en kleuren van wat ooit was. Dan zag ik in het voorcafé de contouren van de vierkante tafeltjes met tapijtjes, volle asbakken en bruine knalpotten, daarachter het biljart en de poster van de Zaterdagavond Sjikke Heggenduikers, en op het terras zag ik de heaters waaronder naar hartenlust geüpgradede sigaretten van mond tot mond gingen. Maar vooral zag ik Andries en Mary. Twee lieve mensen, die altijd geïnteresseerd waren maar nooit nieuwsgierig; die altijd een luisterend oor hadden maar ooit een oordeel. Bij Kras ging je niet uit; je kwam er thuis.

Ook Andries is er niet meer en op de heilige grond zullen ongetwijfeld zielloze appartementen verrijzen. Mary is er nog wel. En hoe. Ik sprak haar in de supermarkt. Ze vertelde me dat ze met een heel goed gevoel terugkijkt op haar leven en op haar tijd bij Kras; dat ze Andries nog iedere dag mist maar dat ze allerminst achter de geraniums zit. Ze reist veel en ver en komt op plekken waar ik nooit zal komen. De dingen die ik haar vertelde over mijn volwassen leven wist ze eigenlijk al. Ze was de Krasgangers altijd blijven volgen. We stonden tussen de chocola en de koekjes maar door m’n oogharen zat ik aan het schap en stond zij achter de bar. Ik was blij dat ze me de kans bood haar opnieuw te leren kennen want ik schaamde me. Sinds ze de zaak ruim 30 jaar geleden hadden overgedragen - beter is het daarna, eufemistisch, nooit meer geworden - had ik me vaak áfgevraagd hoe het met haar ging, maar ik had nooit de tijd genomen het haar ook echt te vrágen.

Het gebouw is weg maar het hart van Kras klopt nog. Deze zomer stuur ik Mary een kaartje vanaf mijn vakantieadres. Dat is het minste wat ik kan doen.

ivargierveld@hotmail.com

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten